Alausi is een klein, charmant stadje in het Andes gebergte in Ecuador. Het staat bekend om haar enige bezienswaardigheid: the Devils nose trein, en dat is een hele goede reden om Alausi te bezoeken.
Naam van de trein
De herkomst van de naam Devils nose trein is heel triest. Ze heeft haar naam te wijten aan de vele doden die de constructie van de route heeft geëist. Ze heeft een discutabele reputatie gekregen door een aantal dodelijke ongelukken van reizigers die van het dak af zijn gevallen. Inmiddels is dat gelukkig verleden tijd, het is niet meer toegestaan om op het dak mee te reizen.
Met de NS in mijn hoofd, kan ik me er überhaupt weinig bij voorstellen dat mensen op het dak meereizen 😉
Tickets
Normaal gesproken vertrekt de trein zes dagen per week: dinsdag tot en met zondag. Hij vertrekt twee keer per dag, om 8 uur en om 11 uur. Soms vertrekt hij een derde keer, om 14 uur. De kosten bedragen 33 dollar. Als je in het weekend gaat, is het aan te raden om te reserveren. Doordeweeks zijn er meestal nog voldoende kaarten beschikbaar en hoef je niet te reserveren. Je kunt dan je kaartje kopen op het treinstation in Alausi. Om 7 uur gaan ze open. Je kunt zelfs je ticket voor diezelfde dag kopen.
Meer informatie over de treinen in Ecuador en voor het online kopen van je kaartje kun je terecht op de website van Tren Ecuador http://trenecuador.com/en/day-trips/the-devils-nose/
Hiken in plaats van met de trein
Zelf wilde ik deze treinrit graag meemaken, maar het weer gooide roet in het eten. Of in mijn geval, modder op de rails. Een aantal dagen voordat ik aankwam in Alausi had het hevig geregend. Daardoor was de rails bedekt met rotsen en modder die vanaf hellingen naar beneden was gekomen. Heel erg jammer als je de enige bezienswaardigheid in het dorp opeens niet meer kunt bezoeken, maar niet getreurd! Als de trein niet gaat, kun je nog altijd een prachtige hike maken.
Hiken op de treinrails
Vanuit Community hostel waar ik verbleef (zeker een aanrader), brachten ze me naar de start van de hike. Ik dacht dat we met de auto weggebracht zouden worden. Ik volgde de man maar ik vond dat zijn auto wel ver geparkeerd stond want na vijf minuten lopen waren we er nog niet. Nou er was ook geen auto. De man liep 40 minuten over de rails met me mee naar de start van de hike. Dit vond ik al een fantastisch begin. Veel leuker dan in een auto stappen en weggebracht worden. Het was zonnig en de uitzichten waren adembenemend.
Op een gegeven moment maakte de rails een bocht naar rechts en daar moest ik links afslaan. Daar begon de hike. Het begin was rotsachtig en het liep wat omhoog. De wolken kwamen me hier tegemoet. Dag zon, hallo bewolking.
Na dit bord moet je links de bosjes in om het wandelpad te volgen
De bewolking trekt op
Ben ik verdwaald?
Af en toe vroeg ik mezelf af of ik nog wel de juiste route volgde. Een pad was sowieso bijna niet zichtbaar. Ik moest de takken met mijn handen opzij duwen om me een weg te banen door het rotsachtige gebied. Gelukkig hadden ezels hun behoefte gedaan op het pad, dus ik wist dat ik nog goed ging. Ik was blij dat ik die ochtend mijn lange broek aan had gedaan, anders had ik vast en zeker schrammen opgelopen.
Waar is het pad?
Hierna wordt het pad zanderig en vlak. Je loopt tussen de akkers. Af en toe zie je wat dieren grazen. De enige mensen die je tegenkomt zijn locals die hun vee vooruit drijven of werken op het land. Je krijgt hier echt een middle of nowhere gevoel en dat is fantastisch! Het is alsof je de hele natuur voor jezelf hebt.
‘Neem je kind mee naar het werk’ dag
Het vee moet naar de wei gebracht worden
Aan het einde van de route (bij een gebouwtje waarna de weg naar beneden loopt) moet je omdraaien en dezelfde route terug nemen. Helaas kun je geen rondje lopen. Maar het is geen straf om nogmaals door de prachtige natuur te lopen.
Dus helaas geen Devils nose trein voor mij, maar wel dezelfde prachtige uitzichten. En waarschijnlijk was dit nu wel specialer dan de treinreis.
Hoe kom je in Alausi?
Alausi ligt tussen Banos en Cuenca. Vanuit Banos moet je eerst een bus naar Riobamba nemen en daar overstappen op de bus naar Cuenca. Deze rijdt door Alausi, dus daar kun je uitstappen. In totaal doe je er ongeveer vier uur over.
Vanuit Cuenca duurt het 4,5 uur voordat je er bent. Neem dan de bus richting Riobamba. Het is maar 80 km, maar het duurt zolang omdat je in alle dorpjes stopt. Ook kan de bus niet hard rijden op de bergwegen.
In beide bussen was een tv aanwezig waarop ze films draaide. Zo kon ik genieten van de Spaanstalige tranentrekker Hachi.
No Comments